Rekenkamercommissie

Waterschap Zuiderzeeland wil als organisatie continu verbeteren en leren van het gevoerde beleid en opgedane ervaringen. De Rekenkamercommissie (RKC) is een instrument van het Algemeen Bestuur van Waterschap Zuiderzeeland (AB) om dit te bevorderen.

Samenstelling Rekenkamercommissie

  • Voorzitter: Joost van de Beek
  • Extern lid: Maurice Caniels
  • Extern lid: Martijn Bakker
  • Intern lid: Janneke Ottens
  • Intern lid: Inge van Schie-Rameijer

Wat doet de rekenkamercommissie?

De onderzoeken van de RKC sluiten aan bij het leerproces van het AB. De RKC is daarom betrokken bij het AB en maakt de verbinding met de context (regio, organisatie, gevoerde beleid, groeiproces etc.). Sinds het AB op 28 januari 2014 heeft besloten tot een herijking van de RKC, opereert de RKC als opdrachtnemer van het AB.

De taak van de RKC is het (laten) uitvoeren van onafhankelijk en deskundig onderzoek en op basis van de conclusies en bevindingen van dit onderzoek aanbevelingen te geven aan het AB. Dit onderzoek is gericht op:

  • Doelmatigheid van beleid: zijn de prestaties met zo gering mogelijke inzet van middelen bereikt?
  • Doeltreffendheid van beleid: zijn de beoogde maatschappelijke effecten van het beleid ook daadwerkelijk behaald?
  • Rechtmatigheid: is de uitvoering in overeenstemming met de geldende wet-en regelgeving en besluiten van het AB?

Doel van de onderzoeken

Het doel van de onderzoeken van de RKC is het versterken van het lerend vermogen van Waterschap Zuiderzeeland, waardoor het AB beter haar kaderstellende en controlerende rol kan vervullen. De onderzoeken dienen inzicht te bieden in de prestaties van Waterschap Zuiderzeeland en waar nodig worden aanbevelingen voor de toekomst geformuleerd. De onderzoeken zijn gericht op het door het waterschapsbestuur gevoerde bestuur.

De RKC hanteert de volgende drie uitgangspunten bij haar onderzoek:

  1. Zorgvuldigheid: betrouwbaarheid en volledigheid bij de verzameling van feiten op basis van de onderzoeksvragen;
  2. Objectiviteit: objectieve en gedegen analyse van de feiten;
  3. Transparante oordeelsvorming: analyse van feiten aan de hand van een expliciet normenkader, conclusies op basis van deze analyse.

Heeft u gevonden wat u zocht?