Muskusrattenbestrijder speurt iedere dag langs watergangen

Als muskusratten hun eigen gang gaan, kunnen een mannetje en een vrouwtje binnen de kortste keren een enorme familie produceren. “En dat is niet goed voor de dijken en kades waarin ze wonen. Die kunnen ze helemaal kapot graven. Één muskusrat kan jaarlijks twaalf kruiwagens zand verplaatsen”, vertelt Tjitse Kuipers van Waterschap Zuiderzeeland. Samen met zijn hond Floris speurt hij daarom iedere dag naar muskusratten in het gebied ten noordoosten van Emmeloord. 

Muskusratten worden bestreden door Waterschap Zuiderzeeland. Medewerker met hond en werkmiddelen in actie bij het water.

‘“De mooiste baan van de wereld”, vindt Tjitse. “Ik houd van de natuur en met dit werk ben je de hele dag buiten. Heerlijk.” Laatst zag hij nog een spitsmuisje zwemmen over de vaart. “En ik kwam een kiekendievennest tegen. Wie ziet dat nou? Ik wel, gewoon tijdens mijn werk. Dat is toch geweldig?”

Muskusratten met jongen zorgen voor schade

In een jaar tijd kan één paar muskusratten zorgen voor twintig nakomelingen. In vijf jaar tijd zijn dat dan in totaal 20.000 nakomelingen. Tjitse: “Ieder koppeltje bouwt een nest. Nesten noemen we bouwen. De ingang van een bouw ligt onder water. Dat heet een waterslot. Vanaf daar graven ze een pijp naar binnen richting de leefruimte. Een bouw kan meerdere leefruimtes hebben en heel wat meters breed en diep zijn. Als je daar niks aan doet, dan kunnen uiteindelijk onze dijken instorten. Dat zou een ramp zijn voor Flevoland, maar ook voor heel Nederland.”

In deze infographic wordt uitgelegd hoe snel de populatie muskusratten per jaar en in 5 jaar groeit: ze krijgen nestjes van wel 20 dieren. In 5 jaar kan dit zorgen voor 20.000 muskusratten. Ook zie je hoe de nestkamers schade toebrengen aan de dijk.

Speurwerk vooral in het voorjaar en najaar

De muskusrattenbestrijder heeft twaalf collega's in Flevoland die hetzelfde werk doen. Samen houden ze de nogal vruchtbare muskusrat in dit gebied in toom. Dat moet wel, omdat het dier in Nederland geen natuurlijke vijanden heeft. De muskusrattenbestrijders speuren meerdere keren per jaar naar bouwen in de Flevolandse vaarten en tochten. Twee keer per jaar, in het voor- en najaar, gaat de muskusrat op zoektocht. ‘Dit noemen we de trek. In het voorjaar gaan de mannetjes op zoek naar een vrouwtje om mee voort te planten. In het najaar stuurt het koppeltje de jongen weg. Deze jongen zoeken dan een eigen plekje.’ In deze periode trekken muskusratten naar diepere polderwateren. Dit doen ze om niet door ijs ingesloten te worden. ‘Ze vinden de rietwortels in deze wateren lekker om te eten. Tijdens de trek legt de muskusrat, vooral de mannetjes, flinke afstanden af. Soms wel een paar kilometer per dag. In andere periodes maken we de materialen waar we mee werken klaar. Zo maken we bijvoorbeeld de vangkooien zelf.”  

Tjitse controleert samen met zijn jachthond Floris de watergangen

Zijn hond Floris beschikt over een uitstekende neus. “Afhankelijk van de omstandigheden gaan we te voet, per boot, kano of quad op pad. Muskusratten hebben hun bouwen vaak goed verstopt, maar het zijn net mensen. De een heeft een rommeltje in de voortuin, de ander heeft het spic en span. Sommige muskusratten hebben een duidelijk vraatspoor voor de deur, bij anderen moet je echt op kleine details letten om ze te vinden. Ik vind het leuk om me in hun gedrag te verdiepen en ze te leren begrijpen. Ze vinden vergt goed speurwerk. Dat maakt het zo boeiend.”

Landelijk is een doel vastgelegd

De Nederlandse waterschappen hebben in 2019 besloten om de muskusrat terug te dringen tot de landsgrens. Dit helpt bij het verbeteren van de waterveiligheid en een betere ecologische balans in en rond het water (de biodiversiteit). Uiteindelijk is het doel dat er in 2034 landelijk minder dan 500 muskusratten per jaar worden gevangen langs de grens met België en Duitsland. Niet meer in Flevoland.  
 

Niet onnodig lijden

Ja, die dieren overleven een ontmoeting met Tjitse meestal niet. “Ik hou van de natuur en alles wat erin leeft. De dieren die we bestrijden, wil ik niet laten lijden. Daar doe ik met mijn team alles aan. Daarom ben ik voorstander van het zetten van klemmen op de bouw. Daarmee pak je ze bij de bron en zijn ze meteen dood.’

Meer weten over de verhalen van Zuiderzeelanders?

Op deze pagina lees meer verhalen.