Column Jaap Lodders

Het waterwerk is nooit af
Dit jaar bestaat Waterschap Zuiderzeeland 25 jaar. Daarmee is ons waterschap één van de jongste gefuseerde waterschappen van Nederland. Onlangs ontving ik een boekje over de geschiedenis van waterschappen in Nederland. Het eerste waterschap (Rijnland) werd al in 1255 opgericht. In die tijd waren de taken van het waterschap beperkt. Zij hadden vooral de zorg voor het aanleggen en onderhouden van nieuwe dijken en watergangen.
In Flevoland is het watersysteem ontworpen op de tekentafel bij de plannen voor de inpoldering. Tijdens de ontginning van de polders is het watersysteem aangelegd door de Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders (RIJP). De RIJP kan als voorloper van de waterschappen in Flevoland worden gezien. Het watersysteem werkt op zich nog goed, maar begint langzamerhand tegen zijn grenzen aan te lopen. De komende 25 jaar krijgen we met forse opgaven en uitdagingen te maken. De grootste uitdaging voor het werk van het waterschap zit wellicht in de gevolgen van de klimaatverandering.
Een paar voorbeelden. Een aantal dijken moet worden versterkt om voorbereid te zijn op hogere waterstanden, zodat ze bestand zijn tegen hogere golven op het IJsselmeer en de Randmeren. Deze dijken voldoen nu niet meer aan de wettelijke normen, die door het Rijk zijn gesteld. Na jaren van voorbereiding gaat dit jaar de schop in de grond voor de versterking van de IJsselmeerdijk tussen Lelystad en de Ketelbrug. De voorbereidingen voor het volgende traject (Ketelmeerdijk-Vossemeerdijk) zijn inmiddels gestart. Ons watersysteem is aangelegd om water af te voeren. Steeds vaker zien we echter dat het in droge periodes moeilijker wordt om water op de juiste plek te krijgen, om zodoende over voldoende water te beschikken.
In deze Beste Agrariër leest u over het project Zoetwater-beschikbaarheid, een project dat antwoord moet geven op vragen, die daarmee te maken hebben. De afgelopen periode hebben we uitgebreid gesproken over zoetwater-beschikbaarheid met het Algemeen Bestuur. Binnenkort vindt daarover besluitvorming plaats. Daarbij speelt in sommige delen van Flevoland dat we ook nog te maken hebben met verzilting van het grond- en oppervlaktewater. In de pilot Zicht op Zout is het doel om meer inzicht te krijgen in deze problematiek.

Het watersysteem vergt voortdurend onderhoud en dat zal in de toekomst steeds meer worden. Samen met agrariërs zoeken we naar mogelijkheden om de waterhuishouding op en rond de kavels goed functionerend en zo optimaal mogelijk te houden. In bodemdalingsgebieden liggen daarbij extra uitdagingen. Om goed peilbeheer mogelijk te maken, beschikken we over een uitgebreid meetnet oppervlaktewater. Het is belangrijk om over de juiste data te beschikken en zo de juiste keuzes/beslissingen te maken in het peilbeheer. Afgelopen periode hebben we 14 bestaande (verouderde) meetpunten voor oppervlaktewater in Zuidelijk en Oostelijk Flevoland vervangen. Komende jaren nemen we het hele meetnet oppervlaktewater onder de loep.
Het zijn slechts enkele voorbeelden van uitdagingen en opgaven waar we de komende 25 jaar mee te maken krijgen. Dat vergt investeringen om ons werk goed te kunnen blijven doen. Die investeringen pakken we sober en doelmatig aan. Dit betekent dat we beheer en onderhoud niet uitstellen. We kijken vooruit en denken heel goed na over het moment waarop investeren nodig is. Het waterwerk is immers nooit af. Dat bewijst ook de lange geschiedenis van de waterschappen in Nederland.
Jaap Lodders, Heemraad Waterschap Zuiderzeeland