Met beregening beschermen fruittelers de knoppen in hun fruitbomen tegen bevriezing door nachtvorst tijdens de bloei. Dit vraagt niet alleen een heleboel water maar ook om een hechte samenwerking tussen het waterschap en de fruittelers. Een verhaal over een geoliede machine in de fruitteeltgebieden rond Kraggenburg, Marknesse en Luttelgeest. Ooit gehoord van het ‘slobberpeil’?

“Er gaat geen voorjaar voorbij of we moeten wel een keer beregenen tegen nachtvorst. En het is wel eens gebeurd dat we 10 nachten op rij in de weer waren.” Fruittelers Theo en Joost van Diepen hebben medio februari wel even tijd om te vertellen over de nachtvorstberegening in het fruitteeltgebied rond Kraggenburg. Tijdens vorstnachten fungeert hun kantine aan het Hertenpad als regiekamer voor een team medewerkers van het waterschap, dat alle activiteiten uitvoert en coördineert die nodig zijn om de nachtvorstberegening mogelijk te maken.

Maar eerst een stukje geschiedenis. We moeten terug naar 1990. “Dat was een voorjaar met zeer zware nachtvorst”, vertelt Theo van Diepen. “Sommige telers raakten 80% of meer van hun opbrengst kwijt. Dat was even iets anders dan de 10 of 20% die we in andere jaren soms meemaakten. En we konden in dit gebied niet beregenen. De meeste boomgaarden in het fruitteeltgebied van Kraggenburg grenzen niet aan een tocht of vaart. Er lagen alleen kleine afwateringsloten. Dat watersysteem was niet geschikt om voldoende water aan te voeren voor nachtvorstberegening. Want dat kost al gauw 30 kuub water per hectare per uur.”

Fruittelers Theo en Joost van Diepen

De werking van nachtvorstberegening 

Wanneer de knoppen (bloesems) worden beregend tijdens een vorstnacht, zal het water bevriezen en ontstaat er ijs. Daarbij komt stollingswarmte vrij en dat zorgt ervoor dat de knop niet bevriest. Het beregenen moet doorgaan totdat de temperatuur weer een paar graden boven nul is. Zodra de teler luchtbelletjes onder het ijs ziet verschijnen, kan de beregening stoppen.

Aanpassing watersysteem 

Rob Warmolts, coördinator beheer en onderhoud in de Noordoostpolder (NOP) voor het waterschap, is bij het interview aangeschoven en vertelt wat er daarna gebeurde. “Na overleg tussen de fruittelers en het waterschap zijn de afwateringsloten uitgediept en verbreed. Ook werd het mogelijk om het peil in de sloten te regelen. Op twee plekken aan de dijk langs het Zwartemeer werden hevels geplaatst om water in te laten voor het doorspoelen van de tochten en het aanvoeren van voldoende water voor nachtvorstberegening. Het doorspoelen gebeurt om de kwaliteit van het water goed te houden; het water mag namelijk niet te zout worden. Dit doorspoelen gebeurt gedurende het hele nachtvorstseizoen. Als laatste aanpassing van het watersysteem werden op 11 locaties pompen geplaatst, die water uit de tochten (Hertentocht, Paardentocht, Blokzijlerdwarstocht en Baarlosetocht) naar de sloten van de fruittelers konden brengen.” Vanuit die sloten pompen de fruittelers het water met hun eigen apparatuur in de leidingen van de nachtvorstberegening.

Alert op nachtvorst 

In de maanden april en mei zijn de fruittelers constant alert op het optreden van nachtvorst, aldus Theo van Diepen. “Tijdens de bloei zijn de knoppen zeer gevoelig voor vorst en ook in de periode ervoor en erna kan nachtvorst schade geven.” Theo is zelf het aanspreekpunt voor alle fruittelers in de NOP. “We houden nauwlettend het weerbericht in de gaten en wanneer er een nachtvorstverwachting is, moet ik vóór 14.00 uur contact opnemen met de storingsopzichter bij het waterschap. Deze persoon informeert het dienstdoende team voor de nachtvorstberegening.” Het waterschap start daarna met voorbereidingsmaatregelen en zorgt ervoor dat er voldoende water van goede kwaliteit beschikbaar is. Warmolts: “Wij spoelen tochten door om een goede EC-waarde te krijgen. Ook zetten we het waterpeil op door wateraanvoer via de hevels bij het Zwartemeer en de inlaten bij Blokzijl en Kuinre. Tot slot zetten we de pompen bij de tochten aan het werk, zodat het water in de sloten van de fruittelers op slobberpeil komt, zoals wij dat noemen. Het water staat dan net onder de drains en er is alvast een watervoorraad voor de beregeningspompen van de fruittelers.” Als deze acties zijn uitgevoerd -veel kan op afstand- gaat het team tot nader order in de stand-by-stand.

Ook beregenen voor koelte 

Behalve voor bescherming tegen vorst beregenen fruittelers ook steeds vaker in de zomer voor verkoeling. Als eind juli, begin augustus het fruit gaat kleuren, neemt het meer warmte op. “In extreme gevallen gaat het fruit dan koken aan de boom”, vertelt Theo. “Dat is slecht voor de kwaliteit. We beregenen dan om het fruit te koelen.”

Lange nachten 

De meeste fruittelers hebben een vorstmeldingsysteem en zodra ’s avonds of ’s nachts 1 of meerdere fruittelers daadwerkelijk gaan beregenen, neemt de betreffende teler contact op met Theo van Diepen. Hij pleegt weer een telefoontje naar de storingsopzichter bij het waterschap. Deze persoon zet de pompen bij de tochten aan en stelt het zogenoemde in- en afslagpeil ongeveer 20 cm hoger in. Daarna belt hij de dienstdoende collega’s en verzamelt de groep zich in de kantine bij Van Diepen. “We werken altijd met 2 teams van 2 man”, vertelt Warmolts. “Eén team gaat het gebied in voor toezicht en inspectie van de watergangen, vuilroosters en de hevels. Het andere team blijft in de kantine voor de bediening van pompen en stuwputten en het algehele overzicht. We werken in 2-tallen uit veiligheidsoverwegingen.” Het zijn vaak lange nachten maar er wordt niet geklaagd, weet Warmolts. “Van Diepen zorgt altijd voor een lekker bakje koffie en het waterschap zorgt ervoor dat hun vriezer goed gevuld is. We hebben een magnetron dus we komen de nacht wel door”, lacht hij. Het team blijft zitten totdat de laatste beregeningspomp van de fruittelers is uitgeschakeld.

Veranderingen op komst

De fruittelers in het gebied bij Kraggenburg zijn ronduit tevreden over de samenwerking met het waterschap. “Het werkt echt super”, beaamt Theo. “Het kan eigenlijk niet beter en dat vinden we allemaal.” Toch gaat de situatie voor de fruittelers in Kraggenburg volgend jaar veranderen. De aanpak voor fruitteeltgebied Kraggenburg wordt gelijkgetrokken met de aanpak in de andere fruitteeltgebieden in Flevoland. “Dat heeft vooral te maken met de arbeid die het kost”, vertelt Warmolts. “Vanaf seizoen 2025 is het waterschap er nog steeds verantwoordelijk voor dat er voldoende water van goede kwaliteit in de tochten zit. Maar alles daarachter wordt de verantwoordelijkheid van de telers zelf. Dus in vorstnachten moeten zij straks zelf de pompen bij de tochten en stuwputten in de sloten bedienen en de sloten inspecteren.” Van Diepen heeft er alle vertrouwen in dat het goed komt. “Het waterschap heeft recentelijk alle pompen bij de tochten vervangen. En ze hebben het watersysteem en alle apparatuur altijd picobello onderhouden. De enige hobbel die we nog moeten nemen, is het recht van overpad om bij sommige pompen te kunnen komen. Voor het waterschap is dit wettelijk geregeld, maar wij moeten het als telers apart regelen. Want die toegang is van cruciaal belang voor onze nachtvorstberegening. We moeten te allen tijde bij de pompen kunnen komen, die op andermans grond staan.”

Voorbereidend werk nachtvorstberegening 

Veel van het voorbereidende werk voor de nachtvorstberegening wordt uitgevoerd door de technische mensen van de gemalen, wateraanvoermedewerkers en opzichters watergangen van het waterschap. Zij onderhouden en controleren alle pompen en noodvoorzieningen, houden de paden langs de sloten en de roosters bij de pompen schoon en zorgen voor de juiste instellingen tijdens de nachtvorstperiode. Voor noodgevallen staan er reservepompen en aggregaten klaar en is een lokale aannemer stand-by om kapotte pompen te vervangen of aggregaten te plaatsen.

Heeft u gevonden wat u zocht?