Onderhoud van watergangen in het landelijk gebied
Als waterschap onderhouden wij zo’n 1300 km aan watergangen, zoals zijvaarten, tochten, d-tochten, wateraanvoersloten en kwelsloten. Denk bij onderhoudswerkzaamheden aan maaien, baggeren en vervangen van beschoeiing en eindduikers. Verschillende aannemers voeren de werkzaamheden voor ons uit. In dit artikel leest u wat wij precies doen, wanneer wij onderhoud uitvoeren en wat wij van u verwachten.
Maaibeleid watergangen van waterschap
Het maaionderhoud van d-tochten, wateraanvoersloten en kwelsloten voeren wij als volgt uit:
- D-tochten worden meerdere keren per jaar gemaaid en gekorfd (afhankelijk van de groei). Zo zorgen we dat het water goed kan worden afgevoerd. We spreken van een d-tocht wanneer er meer dan 40 hectare landbouwgrond op afwatert.
- Wateraanvoersloten korven we drie tot vijf keer per jaar om water aan te voeren voor bijvoorbeeld (nachtvorst) beregening, infiltratie en drinkwater voor vee.
- Kwelsloten worden minimaal twee keer per jaar gemaaid, voor de zomerschouw en voor de najaarschouw.
Maaionderhoud van tochten en zijvaarten
Het merendeel van de taluds wordt elk jaar aan één zijde van de watergang gemaaid. Zo blijft er genoeg riet staan als schuilplek voor de vogels en het waterleven. Het vrijgekomen maaisel wordt meestal in het talud verwerkt. Het natte profiel, het deel waar water staat, maaien we wat vaker. Zo'n één tot drie keer per jaar. Dit is belangrijk voor een goede waterafvoer. Hiervoor gebruiken we een maaiboot of een kraan met een lange giek.
Waar het kan, vragen wij in de bestekken om ecologisch maaibeheer. Dat betekent: het zo min mogelijk verstoren van de natuur.
Klein onderhoud en baggeren
Naast het maaien, heeft een watergang ook ander onderhoud nodig. Bijvoorbeeld reparaties aan beschoeiingen, herstelwerk aan taluds en vervangen van eindduikers. Daarnaast baggeren we watergangen van tijd tot tijd. Om deze werkzaamheden gestructureerd te kunnen inplannen en uitvoeren, werken wij met een onderhoudscyclus van 7 jaar. Werkzaamheden brengen we echter twee jaar van tevoren al in kaart, zodat we hier in de begroting rekening mee kunnen houden.
De grondeigenaar die grenst aan de watergang, ontvangt een jaar voor de uitvoering een brief met daarin tekst en uitleg over de voorgenomen werkzaamheden. Wij verzoeken de grondeigenaar in deze brief vaak om voor een bepaalde periode in het uitvoeringsjaar een werkstrook vrij te houden op de kavel. Deze werkstrook is nodig als transportroute en werkruimte langs de watergang voor de machines. Vervangen van de beschoeiing is groot onderhoud Een beschoeiing heeft niet het eeuwige leven. We vervangen de beschoeiing ongeveer eens in de 30 jaar. Dit is een behoorlijk ingrijpende klus: de oude beschoeiing moet verwijderd en afgevoerd worden. Dit heeft veel impact op de omgeving en brengt veel kosten met zich mee.
Onderhoud tochten in 2024
In het landelijk gebied vervangen we al tientallen jaren de beschoeiing in combinatie met de aanleg van duurzame oevers, waar dat mogelijk is. Bij de duurzame oever wordt de houten steunbeschoeiing onder water geplaatst (zuurstofloos), waardoor de levensduur verlengd wordt. De voordelen van zo'n duurzame oever zijn: het creëren van meer waterberging en het leveren van een positieve bijdrage aan de ecologie (planten en dieren) in de watergang.